Het Financieele Dagblad 29-12-2016

Rotterdamse haven, pas op uw tellen.

Met de consolidatie van en de nieuwe allianties tussen de grote containerrederijen is 2017 als een cruciaal jaar aan te merken voor de positie van Rotterdam als Europees marktleider in de containeroverslag.

In hun keuze van belangrijkste havens in hun vaarschema zullen de rederijen, die door de crisis in hun sector zwaar inzetten op kostenbesparingen, sterk op de betrouwbaarheid en efficiëntie van havens letten.

Voor Rotterdam is het daarom van groot belang dat de nieuwe containerterminals van APM Terminals en RWG op de Tweede Maasvlakte in 2017 niet af en toe, maar constant op volle capaciteit kunnen draaien.

Deze bijna volledig geautomatiseerde terminals moeten de problemen met de besturingssoftware zo langzamerhand hebben opgelost.
Anders is de titel ‘state of the art’ voor deze terminals leuk als marketing, maar schaden ze feitelijk de positie van de haven in de mondiale gunst om de klant.

De groei van Antwerpen spreekt in dit verband boekdelen. De Belgische haven is vergeleken met Rotterdam in het nadeel als het gaat om de nautische bereikbaarheid. Maar door de hogere productiviteit van de containerterminals was Antwerpen in de afgelopen jaren in staat marktaandeel te winnen op de Maasstad.

Rotterdam kan marktaandeel terugpakken als de twee nieuwe terminals op de Maasvlakte op volle toeren draaien. Vooral in het segment transhipment — het overhevelen van containers van grote schepen naar kleinere schepen — liggen goede kansen. Het varen over de Schelde is voor veel schepen toch een stuk lastiger dan een haven aandoen die direct aan zee ligt.

De ligging van de terminals op de Maasvlakte heeft nog een ander voordeel. Met de geplande nieuwe verbinding tussen de terminals heeft Rotterdam een streepje voor, want dit vergemakkelijkt de onderlinge uitwisseling van containers. Dat vergroot de flexibiliteit richting rederijen. Kortom, Rotterdam heeft troeven in handen, maar die moet de haven dan wel goed uitspelen.